Meedoen aan de ratrace na Corona?
En hoe blijf je dichter bij wat je echt wilt
Goede voornemens
De uitbraak van Corona heeft ons aan het denken gezet. We hebben daar volop de tijd voor, de hele economie ligt gedwongen stil. Dat besluit is voor ons genomen. Hoe willen we de nieuwe wereld vormgeven. Wat betekent dat voor mij, voor de dingen die ik doe, voor mijn werk of bedrijf, onze samenleving. Ik lees veel pogingen tot (zelf)reflectie en ook bespiegelingen over hoe het anders kan/moet na Corona.
We nemen ons nu van alles voor om vooral anders te gaan doen. Aandacht voor elkaar, thuis werken, digitaal vergaderen, onze agenda niet te vol proppen, enz. Dit artikel geeft inzicht in de gelaagdheid van besluiten en beïnvloeding op die keuzemomenten. Door de complexiteit te herkennen kan je jezelf wapenen tegen teleurstellingen, willen wordt kunnen: Ik wil dus ik kan!
De lagen die ons beslissingspatroon kunnen verstoren zijn: onze eigen beslissingscentra, de sociale- en psychologische beïnvloeding en ons geloof dat onterecht waarheid wordt. Als we het proces leren begrijpen kunnen we betere afwegingen maken, tot bewuste besluiten komen en vooral volhouden.
Beslissingscentra
Als eerste is het van belang om te kijken waarmee wij beslissingen nemen. Dat is met minimaal één van onze vijf beslissingscentra:
-
-
Hoofd
-
-
Hart
-
Portemonnee
-
Geslachtsdeel
-
Ego
Per individu wisselt het sterk welk beslissingscentrum dominant is. De meeste mensen zeggen dat ze beslissen met de mix van hoofd en hart. Echt lastig wordt het als slecht voorspelbaar is welk beslissingscentrum per beslissing wint. Makkelijk voorbeeld is natuurlijk Trump, die gebruikt alle vijf de centra. Als hij bijvoorbeeld getriggerd wordt op Ego dan weet je zeker dat er een Twitter-reactie komt. Welke centra gebruik je zelf en wanneer? En wat zie je bij je partner, je leidinggevende, je ouders, kinderen, collega’s en de politici die ons vertegenwoordigen? De meeste mensen gebruiken de dominantie van de eerste drie centra bij het nemen van beslissingen. Mensen die de laatste twee te vaak gebruiken hebben doorgaans niet door dat ze een karikatuur van zichzelf zijn.
Beantwoord ter verduidelijking onderstaande vraag aan jezelf maar eens, maak hierbij onderscheid in je reflectie door om beurten naar alle vijf de centra te kijken:
Waarom werkte ik zoveel uren als ik deed voor Corona?
Wij versus Ik
In Coronatijd wint de besluitvorming met het hart aan populariteit, #hartvoordezorg en #samentegenCorona. Hoe zal dat verder gaan als we weer ruimte krijgen om te ondernemen. Als iets goed is voor een ander maar mij geld kost, dan is het heel verleidelijk (en realistisch) om de portemonnee bij het besluitvormingstraject te betrekken. Mensen zijn van nature geneigd om over “samen” te praten. Als het vervolgens op de gevolgen voor de “Ik” aankomt capituleren we snel voor eigenbelang. Kijk maar eens naar het verdelen van de vakantieweken in de zomer. Als ik maar de weken krijg die ik graag wil hebben.
Sociale beïnvloeding
In de regel is onze eigen invloed op het besluitvormingstraject veel kleiner dan we denken. Onze (sociale) omgeving daagt ons continu uit om ons te conformeren. Alleen al aan de manier waarop wij ons historisch gezien kleden is dat terug te zien. De mens is een kuddedier, het is daarom lastig tegendraads te zijn.
Psychologische beïnvloeding
Als mens zijn we psychologisch slecht opgewassen tegen bewuste en onbewuste beïnvloeding. Ons verstand en ons gedrag moeten in harmonie zijn om rust te ervaren. Cognitieve dissonantie is de toestand waarbij ons gedrag en ons denken niet overeenkomen. Het betekent dat we als mens slecht kunnen omgaan met het feit dat we vinden dat we iets moeten doen en het toch niet uitvoeren (of andersom). Dat geeft onrust. Het resultaat is dat we of ons handelen aanpassen en dus gaan doen wat we vinden dat we moeten doen óf we passen ons denken aan en vinden het toch niet meer zo belangrijk om iets te willen. In beide gevallen is harmonie in ons hoofd het resultaat.
Een voorbeeld van dit fenomeen herken je als je voor een etalage staat en besluit om en duur product wel of niet te kopen. Koop je het niet, dan pas je je geest aan op de actie: “het was wel erg duur”. Koop je het wel, dan wordt je gedachte: “dat was een unieke kans”. Als je die balans niet vindt dan blijft het knagen in je hoofd en dat is niet fijn (“ik heb het wel/niet gekocht en was dat nu wel zo verstandig”).
Met de wetenschap hoe het menselijk brein werkt en hoe dit jouw denken beïnvloedt, kan jij ook anderen beïnvloeden. Kurt Mortensen heeft de 12 universele wetmatigheden op dit gebied omschreven. Cognitieve dissonantie is de eerste van twaalf. Zijn boek is zeer lezenswaardig.
Geloof versus Waarheid
Uiteindelijk doen wij dus de dingen waarvan wij overtuigd zijn (geraakt) dat het goed is. Zijn wij goed op de hoogte hoe wij overtuigd zijn geraakt van de dingen die wij vinden of geloven? En hoe toetsen wij onze overtuiging?
Geloof is een heel apart fenomeen dat veel invloed heeft op onze besluitvorming en dus op ons handelen. Geloof gaat veel verder dan religie, het is de basis voor al onze zekerheden (wederom een vorm van cognitieve dissonantie). Als je iets gelooft, dan vind je hier in het dagelijks leven ook continu bevestiging van. Ieder voor zijn geloof, en ja, met helikopterview bekeken kunnen daar behoorlijke tegenstrijdigheden in zitten. Dit fenomeen is menselijk en dus geen probleem zolang we ons bewust blijven van onze beperkingen. We hebben minder invloed op ons denken (en dus handelen) dan we zouden willen. In het verleden hebben zelfs nuanceverschillen binnen één religie tot bloedvergieten geleid omdat mensen geloof en waarheid snel door elkaar halen. Zolang ons geloof geen waarheid wordt die we een ander willen opleggen is er niets aan de hand.
Doen wat je echt wilt
Terug naar onze eigen goede voornemens die we na deze Corona-ellende in stand willen houden. Andere keuzes maken dan voor de crisis lukt alleen als je de beïnvloedingsfactoren weet te elimineren in je persoonlijke beslissingstraject. Dat betekent dus soms tegen de sociale druk in handelen. Je krijgt dan wel scherp zicht op die dingen waar jij voor staat. Met deze weloverwogen input hebben hoofd en hart nog voldoende uitdaging om keuzes te maken.
Om blijvend succesvol te zijn ontkom je niet aan het regelmatig stellen van deze vragen:
- Waar word ik blij van
- Waarom wil ik dat eigenlijk
- Waar word ik door beïnvloed en waarom
- Wat wil ik in mijn leven: méér, anders of beter
- Hoe zie ik mijn balans tussen werk en privé
- Welke vijf dingen wil ik nog waarmaken
- Wat is de eerste stap die ik daarvoor ga zetten